- 1
- Indien ter uitvoering van de richtlijn in een andere lidstaat dan Nederland een bijzondere onderhandelingsgroep dan wel een SCE-ondernemingsraad of een andere informatie- en raadplegingsprocedure wordt ingesteld, zijn op de verkiezing of aanwijzing van de Nederlandse leden de artikelen 2:11, tweede tot en met achtste lid, en 2:24, vierde lid, van overeenkomstige toepassing.
- 2
- Indien ter uitvoering van de richtlijn in een andere lidstaat dan Nederland door Nederlandse werknemers het recht, bedoeld in artikel 2:34, derde lid, kan worden uitgeoefend, is op de uitoefening van dat recht 2:11, tweede tot en met achtste lid, van overeenkomstige toepassing.