1. | Er wordt verwacht dat het plaatsen van een rechtsgebied op de lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden een ontradend effect heeft dat rechtsgebieden ertoe aanzet de in bijlage IV opgenomen en in de bijlagen V en VI nader omschreven criteria, alsmede andere relevante internationale normen, in acht te nemen. |
2. | Het is belangrijk te voorzien in doelmatige beschermingsmechanismen om de uitholling van de heffingsgrondslagen van de lidstaten via belastingfraude, -ontduiking en -ontwijking te bestrijden, en bijgevolg op EU-niveau en nationaal niveau doeltreffende en evenredige defensieve maatregelen te treffen jegens de rechtsgebieden op de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden. |
3. | Op EU-niveau is aan de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden een aantal in deel A van deze bijlage vervatte defensieve maatregelen op niet-fiscaal gebied gekoppeld. |
4. | Daarnaast zouden de lidstaten in overeenstemming met hun nationale recht in aanvulling op de niet-fiscale maatregelen van de EU bepaalde defensieve maatregelen op fiscaal gebied kunnen nemen teneinde niet-coöperatieve praktijken in de op de lijst geplaatste rechtsgebieden doeltreffend te ontmoedigen. |
5. | Deel B van deze bijlage bevat een lijst van dergelijke maatregelen op fiscaal gebied. Aangezien deze maatregelen moeten stroken met de nationale belastingstelsels van de EU-lidstaten, wordt de uitvoering van deze maatregelen overgelaten aan de lidstaten. |
6. | Er zij op gewezen dat eventuele defensieve maatregelen de onderscheiden bevoegdheden van de lidstaten om extra maatregelen toe te passen of lijsten van niet-coöperatieve rechtsgebieden op nationaal niveau met een ruimere reikwijdte bij te houden, onverlet moeten laten. |
A. DEFENSIEVE MAATREGELEN OP NIET-FISCAAL GEBIED
Artikel 22 van Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad van 26 september 2017 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds bevat een koppeling met de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden.
Mocht er in de toekomst voorts in andere EU-wetgevingshandelingen op niet-fiscaal gebied een koppeling met de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden worden ingebouwd, dan zou dat worden geacht deel uit te maken van de defensieve maatregelen in het kader van deze Raadsconclusies.
Het algemene effect dat dergelijke maatregelen sorteren op de naleving van de criteria door de rechtsgebieden, moet worden gemonitord door de Groep gedragscode en de HLWP in het kader van de uitvoering van de externe EU-strategie voor belastingheffing.
B. DEFENSIEVE MAATREGELEN OP FISCAAL GEBIED
B.1. | Om te zorgen voor een gecoördineerd optreden, dienen de lidstaten ten minste één van de volgende administratieve maatregelen op fiscaal gebied toe te passen:
|
B.2. | Onverminderd de onderscheiden bevoegdheden van de lidstaten om aanvullende maatregelen toe te passen, zijn defensieve maatregelen met een wetgevingskarakter op fiscaal gebied die de lidstaten zouden kunnen toepassen:
|
B.3. | De lidstaten zouden kunnen overwegen om bij de omzetting van Richtlijn (EU) 2016/1164 van de Raad van 12 juli 2016 tot vaststelling van regels ter bestrijding van belastingontwijkingspraktijken welke rechtstreeks van invloed zijn op de werking van de interne markt, de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden te gebruiken als instrument om de werking van toepasselijke antimisbruikbepalingen te faciliteren. Wanneer de lidstaten bijvoorbeeld bij de omzetting van de cfc-regels in hun nationaal recht uit hoofde van die richtlijn gebruikmaken van „zwarte” lijsten van derde landen, zouden deze lijsten ten minste de rechtsgebieden in de EU-lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden voor belastingdoeleinden kunnen omvatten. |